De afgelopen jaren heb ik heel wat boerenbijeenkomsten bijgewoond en steeds luider werd de roep om een goede communicatie met de burger. Programma’s als Radar en Zembla en uitlatingen van de Partij voor de Dieren en andere groeperingen versterken deze roep nog eens. Er zijn verschillende landelijke initiatieven geweest – ook vanuit LTO – die de communicatie serieus oppakten, maar deze zijn – om wat voor reden dan ook – allemaal een zachte dood gestorven. Het opheffen van de productschappen die ook verschillende educatie- en informatiecampagnes hadden opgezet, deed hier nog eens een schepje bovenop.
Niet dat er nu niets meer gebeurt. Bedrijven zoals FrieslandCampina en For Farmers pakken de communicatie richting de burger nu zelf op en ook organisaties als Agrarische Jongeren Friesland, regionale LTO-afdelingen en individuele boeren organiseren activiteiten om de boer in contact te brengen met de burger. De dialoog is daarbij erg belangrijk: niet alleen vertellen wat je doet, maar ook luisteren naar wat de burger, je buurman, je klant, wil. ‘Communicatie komt van twee kanten’, zei voorzitter Rakesh de Vries van de Agrarische Jongeren Friesland pas geleden tegen me toen we het hadden over hun project ‘Boer Burger Buur’. En versnippering van initiatieven en activiteiten is niet erg, omdat iedere boer vanuit zijn eigen bedrijf en passie werkt.
Is er een kloof tussen boer en burger? Volgens mij valt dat wel mee, als je de overkant maar wilt zien. Dus als je maar met elkaar in gesprek gaat en uitlegt wat je doet en waarom, maar ook luistert naar de vragen en opmerkingen van de andere kant van de kloof. De beste ambassadeurs van de agrarische sector zijn de boeren zelf – jullie dus. Door open te staan voor vragen en opmerkingen en enthousiast en vol passie te vertellen over je bedrijf, kom je veel dichter bij de burger te staan dan welke grote landelijke campagne dan ook, vaak ook nog bedacht door mensen in mooie kantoren en dure auto’s. Jullie laten zien dat je trots bent op je bedrijf en dat graag laat zien, door mee te werken aan dit boek. Iedereen van jullie is op je eigen manier boer en runt je bedrijf ook op je eigen manier. Dat heb ik in de verschillende reportages proberen te benadrukken. Maar de kern van ieder verhaal is hetzelfde: een boer is boer omdat hij dat leuk vindt, omdat het een manier van leven is.
Wees trots op je bedrijf en je sector, maar sta ook open voor je buurvrouw en voor mensen die op grotere afstand van je bedrijf, je werk en je wereld staan. Dan komt het wel goed.
(uitgesproken op 2 juli 2015 tijdens presentatie van ons boek ‘Ode aan boeren en koeien’ aan de melkveehouders anderen die aan het boek hebben meegewerkt)
<< Terug